vrijdag 12 oktober 2012

Santiago de Compostela - Vilaserio - Dumbria - Muxia - Finisterre - Corcubión - Santiago de Compostela

Vrijdag 5 oktober. Vanmorgen wandelen we door verschillende parken in de stad. Het is nog fris, maar de zon begint ons al op te warmen. Het park net ten westen van het centrum ligt wat hoger en biedt een mooi uitzicht op de kathedraal. Dan gaan we naar een plein achter de kerk, waar we genieten van de relaxte muziek die de gitarist 'Jazzman' speelt. In de hele stad zijn trouwens veel muzikanten te vinden die wat geld proberen te verdienen. Ook een doedelzakspeler, die je overal bovenuit hoort. Er zijn ook veel bedelaars, jong en oud, die langs de terrastafeltjes lopen of bij de ingangen van de kerken zitten.'s Avonds eten we kebab en curry, bij een klein Libanees tentje. Zaterdag 6 oktober. We verlaten Santiago en lopen het eerste stuk door villawijken en weer door eucalyptusbossen. We horen de hele dag al schoten en zien diverse auto's rijden met aanhangers vol met honden. Ze jagen hier in het weekend op wilde zwijnen. Het is bewolkt en na een tijdje begint het hard te regenen. Als twee verzopen katjes komen we aan het einde van de middag aan in Vilaserio. Zondag 7 oktober. We lopen door uitgestorven boerendorpen waar de dieren de dienst lijken uit te maken. Katten liggen op strobalen, honden steken nieuwsgierig hun koppen boven de schuttingen uit en de kippen klimmen op de muren om ons nauwlettend in de gaten te houden. De enkele mensen die we zien kunnen ons mooi helpen de juiste weg te vinden, want soms is dat hier best lastig. We nemen de omweg die de schrijver van ons routeboekje aanbeveelt naar Monte Aro. Hierdoor belanden we na een steile klim in een weiland midden tussen de koeien. Toch weer een verkeerde afslag genomen...... Een plaatselijke boer helpt ons en even later staan we dan toch op de top. Op dat moment breekt de zon even door en het uitzicht is fenomenaal! Beneden zien we een stuwmeer liggen. Het waait hier zo hard dat we bijna omvallen. De rest van de route is ook prachtig, over de heuvels, langs een grote rivier en door mooie dorpen. In Dumbria gaan we een grote moderne herberg binnen, de enige in de omgeving trouwens. We zien er Bram en Hetty zitten die de Camino helemaal vanuit Heiloo hebben gelopen en die we eerder hadden ontmoet in Santiago. Er zijn verder alleen nog twee Hongaarse mannen. We hebben mazzel dat we met zo weinigen zijn en kunnen ons verdelen over de drie slaapzalen. Vannacht geen gesnurk. Maandag 8 oktober. Het regent al sinds gisterenmiddag en we vertrekken als het even droog is, het is vochtig en warm. Sinds een paar dagen zien we ook palmbomen en citroen- en sinasappelbomen. We lopen over de modderige bospaden en dan opeens zien we de zee. Na enkele mooie baaien komen we aan in Muxia. Op de rotsen bij de zee staat een kerk, heel bijzonder. Bij slecht weer staat het zeewater hier soms tot aan de voordeur. We zwerven vanmiddag door het dorp. Daarna eten we soep met Bram en Hetty in de keuken van de herberg. Dinsdag 9 oktober. Vandaag gaan we naar Finisterre, ook wel 'het einde van de wereld'. We volgen de kustroute waarbij de zee zich af en toe aan ons laat zien, meestal lopen we door de bossen. Het regent helaas bijna de hele dag. Halverwege lunchen we bij de enige bar die er te vinden is. Om 16.00 uur komen we in Finisterre. Het was een pittige tocht vandaag en we besluiten om in een pension te overnachten. We hebben vanuit onze kamer uitzicht op de haven en de zee, we zien echter niet zoveel door de mist en de bewolking! In het dorp zien we Fred en zijn hond Billy weer. Een schipper heeft hem aangeboden om hen mee te nemen naar het Caribisch gebied. Fred is laaiend enthousiast, maar of het hem verder is gelukt weten wij niet. We belanden 's avonds in een Spaans-Duits eettentje, waar Jeanine een salade bestelt en Robin een Bratwurst mit Kartoffeln eet. Woensdag 10 oktober. Niet veel te melden. Het regent vandaag heel hard en er zit niet veel anders op dan in onze boeken te lezen op het kamertje. Donderdag 11 oktober. Als we opstaan zien we een waterig zonnetje. We besluiten om nu naar kaap Finisterre te lopen. De wandeling van 3,5 km gaat over asfalt en eindigt bij de vuurtoren op het uiterste puntje. Eeuwen geleden dacht men dat dit letterlijk het einde van de wereld was. We halen de rugzakken op bij het pension en lopen de weg terug richting Santiago. Het eerste stuk lopen we terug over het strand waar het vol ligt met mooie schelpen. Aan het einde van de middag komen we aan in het dorp Corcubión. We koken ons eigen potje in de keuken van de herberg waar we slapen. Vrijdag 12 oktober. Het is een nationale feestdag in Spanje. We gaan naar de bushalte in de hoop dat er vandaag een bus rijdt. Er komt een bus en via een overstap in Baio en een mooie rondtoer door een deel van Galicië bereiken we tussen de middag Santiago. Na een laatste zonnige middag in deze stad zullen we morgen na zes mooie weken weer thuis zijn....

vrijdag 5 oktober 2012

Sarria - Portomarin - Palas de Rei - Ribadiso - Monte do Gozo - Santiago de Compostela

Zondag 30 september. Gisteren in de herberg een heerlijke maaltijd gehad. Linzensoep, quiche, tortilla en salade. Met alle pelgrims aan een grote tafel is het erg gezellig. Als toetje krijgen we hier voor het eerst de taart van de streek. Tarta de Santiago, amandeltaart. Die is zo lekker, dat we deze de komende week elke dag zullen eten! Het bed van Robin blijkt die avond al bezet. De huiskat ligt prinsheerlijk op zijn kussen te slapen :-) Na een ontbijtbuffet, samen met Joop uit Didam, gaan we weer op pad. De route is weer geweldig vandaag. Nog steeds door het boerenland en we passeren veel dorpjes die middels corredoiras met elkaar verbonden zijn. De huizen zijn hier weer wat mooier, de mensen lijken welgestelder. Misschien komt dat ook door de vruchtbare grond. We lopen tussen groene weilanden met veel koeien en paarden. Zowat elke boerderij hier heeft een Duitse herdershond. De meesten lopen los, maar ze laten ons gelukkig met rust. De broekspijpen worden er in de middag weer afgeritst, want het weer is prima. Vlak voor ons eindpunt van vandaag lopen we over een heel hoge brug bij Portomarin over het dal van de Minho en het stuwmeer van Belesar, dat op dit moment bijna droog ligt. Dit stadje verdween in 1962 geheel in de golven en werd op een andere plek steen voor steen weer precies zo opgebouwd. In het centrum is een herberg. Die is zo groot, dat deze ook wel de slaapfabriek wordt genoemd. De camping is echter ook nog open en we lopen daar dan ook naartoe. We zetten ons tentje naast de camper van een vriendelijk Belgisch echtpaar. Verder is de camping leeg. Maandag 1 oktober. Om 8.15 uur hebben we alles weer ingepakt en lopen we de bossen in. Er zijn vandaag veel pelgrims op de route en het is erg koud en vochtig. Bij een barretje staat een lange rij voor de koffie. Robin zet zelf een bakkie voor ons met de pan en brander terwijl Jeanine een broodje smeert. We moeten veel klimmen deze ochtend. 's Middags is het  vlakker maar minder mooi. In bijna alle tuinen staan de hortensias nog in bloei, hier en daar staat ook nog een vijgenboom. We zien een grote buizerd in een weiland vlak naast ons. Robin wil een close-up foto van hem maken. Steeds als hij de vogel nadert, vliegt die echter weer een stukje verder weg. Robin geeft het uiteindelijk op..... De eucalyptusbossen beginnen hier. Het ruikt heerlijk als we er doorheen lopen. Als we 's avonds een eettentje inlopen treffen we Dave uit Colorado weer. Hij is opgelucht als hij ons ziet, want op zijn bord ligt een enorme tortilla die hij nooit alleen op krijgt. Hij vraagt ons om hem te helpen dit gevaarte te verorberen. Als toetje nemen we weer een stuk tarta de Santiago. Dinsdag 2 oktober. We vertrekken wat later uit de herberg. Tijdens het ontbijt hebben we een leuk gesprek met Oded uit Israël en een Engelse fietster. Het is niet koud, wel bewolkt. Op het eerste stuk is het weer erg druk op de Camino. De dagelijkse drukte wordt veroorzaakt door alle extra pelgrims die vanaf Sarria op de route zijn. Dit zijn met name Spanjaarden. Om in aanmerking te komen voor een Compostellana (bewijs van afleggen van de tocht) dient de pelgrim minimaal 100 km te voet te hebben afgelegd als hij in Santiago arriveert. De meesten starten dan ook in of net na Sarria. We lopen een tijdje mee met Fred en zijn oude hond Billy. Fred is van onze leeftijd en heeft vier maanden geleden alles achter zich gelaten in Nederland en hoopt na het lopen van de Camino een nieuw bestaan op te kunnen bouwen. Hij loopt, net als wij straks, door naar Finisterre. Daar wil hij een tijdje gaan werken op een vissersboot om daarna de winter door te brengen in Portugal. Fred is een opvallende verschijning met zijn lange baard en de volgepakte fiets die hij voortduwt. Van een oude binnenband van zijn fiets maakt hij schoentjes voor zijn hond. Zo worden de poten van Billy beschermd tegen het slijten. In de middag regent het geregeld. Dat betekent voor ons jas aan, jas uit, jas aan, ......... We lopen door het dorp Melide, waar ze de beste pulpa van het land verkopen. Bij een restaurant probeert de kok ons naar binnen te lokken door het tonen van een grote paarse inktvis die hij op een stok heeft geprikt. Dat ziet er echter niet heel smakelijk uit. We bestellen 's avonds toch een portie als we samen met de zusjes Anne en Janina, Christoffer en Oded aan tafel zitten. Robin belt nog even met oma, want die is vandaag jarig. We slapen in een middeleeuwse herberg naast een riviertje in Ribadiso. Woensdag 3 oktober. In het donker lopen we, met een hoofdlamp op, naar het dorp Arzua. Daar halen we bij de bakker een brood en treffen er ook Joop. Even later breekt de zon door en ontbijten we in de tuin van Duitse mensen die hier aan de pelgrims belangeloos een rustplek bieden. Onderweg zien we heel veel Galicische hórreos, kleine bouwwerken op palen waar de mensen hun mais en graan in opslaan om het zo te beschermen tegen muizen. In bijna elke tuin staat er wel een. We wandelen lange stukken door de eucalyptusbossen. Rond de boerderijen wordt veel mais geteeld. De Duitse herders zien we hier niet meer, wel veel kleine honden. Ook zij slaan geen acht op de pelgrims, die zijn ze inmiddels wel gewend. We passeren het vliegveld en na 40 km lopen komen we aan in Monte do Gozo. De camping is dicht dus regelen we een plaatsje in de herberg, alwaar we weer een aantal bekenden treffen. Morgen is het nog maar een paar kilometer naar Santiago....... Donderdag 4 oktober. We ruilen koffiepoeder tegen een grote pot chocopasta met twee Duitse jongens. Mmmmmmm, dat hadden we de hele reis nog niet gegeten. Na dit smakelijke ontbijt vertrekken we en al snel lopen we de buitenwijken van Santiago in. In het centrum vinden we een kamer (de laatste) in een pension. We laten er onze rugzakken achter en lopen naar de kathedraal. We zijn er! Binnen vinden we een plek om te zitten en om 12.00 uur begint de mis. De botafumeira, een enorm wierookvat, wordt door de kerk gezwaaid. Het is een bijzonder moment. 's Middags halen we bij het pelgrimskantoor onze Compostellanas op. Onze namen staan er in Latijn op geschreven. We kopen een reisgids om naar Finisterre en Muxia te kunnen lopen de komende dagen en boeken alvast onze vliegreis naar huis. We eten 's avonds met Mark en Jan die hier al eerder zijn aangekomen. Morgen gaan we de stad verder bekijken en vanaf zaterdag lopen we naar de kust (en terug) ;-)

zondag 30 september 2012

Nog 100 km naar Santiago

Vanmiddag zijn we het 100 km punt gepasseerd, we hebben er al 750 achter de rug :-).

vrijdag 28 september 2012

Astorga - Rabanal del Camino - Cruz de Ferro - Molinaseca - Villafranca del Bierzo - Vega de Valcarce - Fonfria - San Mamede (Sarria)

Maandag 24 september. Voordat we nog in het donker Astorga uitlopen zien we een barretje waar ze churros hebben, een Spaanse lekkernij met de smaak van oliebollen. Dat komt goed uit, want we hebben nog niet ontbeten. Heerlijk..... Het is fris maar wel droog. Na een klimmetje zien we de Duitse Hans, die we sinds Pamplona bijna elke dag tegenkomen. Hij maakt een foto van ons voor in zijn plakboek. De montes de Leon (een bergketen) beginnen hier. Ook wordt het weer wat groener om ons heen. In het prachtige Rabanal del Camino kunnen we kamperen naast een bar. We besluiten dit niet te doen vanwege de dreigende wolken in de lucht. In datzelfde dorp vinden we al snel een heel knusse herberg. Robin ontdekt er een grote ongebruikte ruimte en vraagt de herbergier of we daar mogen slapen op matrassen in plaats van in de ruimte waarin 20 stapelbedden staan. Dat is geen enkel probleem en zo hebben we voor vannacht onze eigen suite! 's Avonds luisteren we naar Gregoriaans gezang in een eeuwenoud kappeletje, dat uitpuilt van de pelgrims die dit allemaal wel eens mee willen maken. Dinsdag 25 september. We pakken onszelf helemaal in in onze regenpakken. Het regent pijpenstelen. Na 8 km klimmen bereiken we het Cruz de Ferro het hoogste punt van vandaag op ruim 1500 meter. Bij het kruis laten de meeste pelgrims een steentje achter dat symbool staat voor datgene dat ze voor de rest van hun leven letterlijk achter zich willen laten. Zo leggen wij er allebei ook een steentje neer, die we vanuit Nederland hebben meegenomen. De stapel stenen is inmiddels al metershoog. Hierna rennen we de berg af, want het is hier erg koud. In El Acebo eten we een broodje en schuilen we voor de regen onder een afdakje. Ondanks de mist hebben we geregeld toch een mooi uitzicht over de dalen. De daken van de huizen hier zijn allemaal van leisteen. We zien weer veel bramen en enorme kastanjebomen. Het blijft regenen en na 26 km komen we aan bij een mooie herberg met een uiterst onvriendelijke Duitse gastvrouw. Maar het is hier binnen warm en droog! Woensdag 26 september. We worden wakker van het kraaien van de hanen in het dorp. Als we net op pad zijn begint het weer te regenen. We schuilen en ontbijten meteen maar even. Later wordt het gelukkig droog, we lopen tussen de wijngaarden door naar Ponferrada. Hier staat een schitterend tempelierskasteel, een van de best bewaarde kastelen van Spanje. In een dorp verderop kopen we onze lunch en eten die op bij een winderige picknickplaats. De omgeving wordt hier steeds mooier. In de wijngaarden wordt volop gewerkt. De druiven zijn rijp en gaan binnenkort in de fles. We eten vandaag veel fruit. Perzikken, druiven, vijgen, bramen en hazelnoten, we vinden ze vandaag allemaal aan de bomen en struiken en halen soms halsbrekende toeren uit om ze te plukken. Ook zien we twee eekhoorns die walnoten uit bomen halen. Om 18.00 uur komen we aan in Villafranca del Bierzo, waar we op zoek gaan naar het klooster van San Nicolas, waar we volgens ons boekje kunnen kamperen. Na een half uurtje staat onze tent op een braakliggend grasveldje. Om 21.00 uur eten we, met onze hoofdlampjes op, de laatste beetjes van ons avondmaaltje. Donderdag 27 september. We pakken de natte tent in en als we het terrein van het klooster willen verlaten blijkt het drie meter hoge hek op slot te zijn. We proberen een andere uitgang, maar dit lukt ook niet. Uiteindelijk staan we na een fikse klim bergop en een omweg van een kilometer aan de goede kant van het hek aan de voorkant van het klooster. We lopen vandaag de Camino Duro, een route die langer en zwaarder is dan de reguliere route, maar wel supermooi is. Na 3 km alleen maar heel steil klimmen, tussen en boven de wolken, worden we beloond met prachtige uitzichten. In de zon ontbijten we er met het brood van gisteren en heerlijke kaas. In de loop van de middag komen we aan in Vega de Valcarce. Een stukje hiervoor blijkt de camping dicht te zijn. We horen dat we hier in het dorp bij het riviertje ook mogen kamperen en zetten er onze tent op. Robin neemt weer een bad in de rivier en doet daarin gelijk onze was. Jeanine doucht in de luxe kamer van de Canadese Cindy, die we in dit dorp weer tegenkomen. Vrijdag 28 september. De tent is nu van buiten en binnen nat, we pakken hem in en hij gaat in de rugzak. We klimmen vandaag bijna de gehele dag met flink wat steile stukken. De omgeving is weer prachtig. De wolken verdwijnen en maken plaats voor de zon. Tussen de middag nemen we in O Cobreiro afscheid van Cindy. Vanwege een blessure moet zij helaas naar huis. Tijdens de lunch in een gehucht laten we de tent drogen door hem tussen twee bomen op te hangen. We zien reigers vliegen en komen door boerendorpjes waar overal kippen rondlopen. We slapen in het plaatsje Fonfria, waar we samen met dertig andere pelgrims een heerlijke maaltijd krijgen. Zaterdag 29 september. We ontbijten samen met Jolanda uit Alkmaar in de herberg en vertrekken in de dichte mist, of zijn het wolken? In A Balsa kijken we even in het mooie huis van een engelsman. Hij kocht dit zes jaar geleden als ruine en heeft het in de loop der jaren om weten te toveren tot zijn eigen droomhuisje. We klimmen en dalen door de bergen. De omgeving en uitzichten blijven prachtig mooi. Er zijn bijna alleen maar groene weides met koeien, wat akkerbouw en stukken met bos te zien. In San Mamede, net voor het stadje Sarria, stoppen we bij een kleine herberg waar we in de tuin, heerlijk in de zon, ons blog schrijven.

zondag 23 september 2012

Leon - Villar de Mazarife - Astorga

Donderdag 20 september, vervolg. Vanmiddag hebben we de (grote) stad Leon verder bekeken. De prachtige kathedraal staat in de steigers, maar verder is er genoeg te zien, veel mooie oude gebouwen. Ook een opvallend bouwwerk dat ontworpen is door Gaudi. Het lijkt erop of de ontwerpers van het Eftelinghotel hier hun inspiratie vandaan hebben :-). Het is nu in gebruik als bankgebouw. Het is heerlijk weer voor de terrassen en het is gezellig druk op straat. De plannen voor het avondeten worden gewijzigd, we eten tapas, buiten op straat, in een wijk met veel studenten en kunstenaars.
Vrijdag 21 september. We hebben prima geslapen in ons 2-persoons kamertje en ontbijten samen met de anderen in de ontbijtzaal van het Residentia Universitaria. Nadat we fruitsap, uit glazen tanks op het buffet, hebben gedronken, horen we van Anna en Clair dat zij hier gisteren ziek van geworden zijn. O jeee.... We gaan op pad en al snel worden vooral Jan en Robin niet lekker. Zij hebben meerdere glazen sap op. Het wordt een zware dag, Robin heeft het meeste last en houdt het vol tot een kleine 4 km voor onze eindbestemming van vandaag. Daar brengt de broer van een vriendelijke bar-eigenaar ons met de auto naar een eenvoudige herberg in het volgende dorp, waar Robin meteen kan gaan liggen in een 6-persoonskamer. Bob en Shevaun komen daar ook net aan en delen de kamer met ons, samen met een onbekende engelsman. Jeanine doet de was, in een put bij een waterbron, ze wordt hier ondertussen steeds handiger in :-), en geniet daarna met de andere pelgrims van de zon in de mooie tuin van de herberg. Robin slaapt een paar uurtjes en knapt daarna gelukkig weer wat op. We gaan het dorp in en eten met een gezellige groep bij de andere herberg van het dorp, dat een eenvoudig restaurantje heeft. De nacht is erg onrustig en lawaaierig, de lokale bevolking lijkt onze herberg te gebruiken als ontmoetingsplaats tot diep in de nacht.
Zaterdag 22 september. Robin voelt zich redelijk, we spreken af dat we wel zien hoever we komen vandaag. We verlaten rond 8.00 uur de herberg en beginnen rustig. Maar het gaat best goed en al gauw zien we Jan, Clair en Anna in de verte lopen, zij zijn iets eerder vertrokken vanmorgen. Een vriendelijke Italiaan, Carmello, houdt hen gezelschap. We drinken verse (!) jus d´orange met enorme, heerlijke croissants en chocoladebroodjes, waar de bakkers in Frankrijk nog wat van kunnen leren. We komen aan bij het leuke dorpje Hospital de Orbigo, met een mooie brug met 19 bogen, uit de middeleeuwen. We zien een bordje camping en twijfelen even om hier te stoppen, maar gaan toch gewoon maar vrolijk verder. Het is weer best warm, de wegen zijn wat stoffig, maar heel afwisselend. Het is veel groener dan een paar dagen geleden, meer platteland, maar ook soms net alsof we gewoon op de Veluwe lopen. We zien Friese koeien en boeren die hun druiven oogsten, kisten vol. Als we hier foto´s van maken krijgen we spontaan een paar trossen van een aardige boerin. Ook hebben Clair, Jan en Robin een meditatiemomentje, met mindfullness-oefening, terwijl ze op z´n kop op straat liggen, met hun benen omhoog. Ze hebben veel bekijks en lopen meteen veel harder daarna ;-). Aan het eind van de dag, na 30 km, komen we aan in Astorga, een toeristisch plaatsje met mooie bouwwerken en tientallen chocolade- en gebakwinkels. We vinden een oude, sfeervolle herberg, met een vrolijke eigenaresse en eten een dagmenu op een druk plein. Om even voor 22.30 uur rennen we terug naar de herberg, anders zit de deur op slot, en dan kom je er echt niet meer in. De Spanjaarden zijn over het algemeen vrij makkelijk, maar ze kunnen ook erg streng zijn.
Zondag 23 september. Robin heeft vannacht in de tuin geslapen, lekker koel :-). We nemen afscheid van de andere pelgrims met wie we de laaste dagen samen waren en zoeken een andere herberg om vannacht te slapen. We nemen een rustdag in dit leuke stadje. Na 3,5 week lopen kunnen we dit wel gebruiken en dat vinden ook onze benen en voeten wel prettig. Als pelgrim mag je overal maar 1 nacht slapen, alleen in nood mag je dit verlengen, vandaar dat het een andere herberg wordt. Die vinden we al snel. We lopen wat rond, komen net te laat bij de kathedraal en het bisschoppelijke paleis (ook ontworpen door Gaudi) om naar binnen te kunnen, maar van buiten zijn ze gelukkig ook heel mooi. Vanavond hebben we afgesproken pizza te gaan eten met de Canadese Cindy, die we vanmiddag weer tegenkwamen. Morgen gaan we de bergen weer in, het weer is aan het veranderen, het wordt koud en nat.......






donderdag 20 september 2012

Castrojeriz - Fromista - Carrion de los Condes - Terradios de los Templarios - El Burgo Ranero - Puente Villarente - Leon

Zondag 16 september. Onder een schitterende sterrenhemel beklimmen we de berg net ten zuid-westen van Castrojeriz. Het is nog erg vroeg. Aan de voet van de berg lezen we dat het hier gedurende iets meer dan een kilometer met 12% zal stijgen. Voor ons zien we aan de andere pelgrims met hun hoofdlampjes hoe steil dat is. Op de top trekken we onze fleece vesten uit, we zijn inmiddels warm gelopen. Daarna dalen we weer steil naar beneden en lopen de meseta weer op. Als de zon opkomt zien we dat we omringd zijn door tarwevelden. De enkele dorpjes die we passeren zijn uitgestorven. We ontmoeten een aardige man uit Leiderdorp en met hem lopen we een tijd samen verder. Na 27 km komen we in het stadje Fromista. We eten er wat en kopen er koekjes voor onderweg. Eigenlijk is dit ons eindpunt voor vandaag, maar omdat de hitte ons nog meevalt besluiten we door te lopen. We gaan verder langs een eindeloos kanaal met bossen rietsigaren erlangs. Het is een saaie weg en het wordt steeds warmer. Om 17.00 uur komen we aan bij een camping in Carrion de los Condes. We hebben bijna elf uur gelopen vandaag, maar zijn wel weer 47 km opgeschoten. Dat was een best eind ;-) De camping heeft zijn beste tijd gehad, we hebben wel een aardig plekje langs de rivier. We lopen er ook de Engelse Clair, de Pools-Duitse Anna, de Ierse Dave, Marlique en Jan weer tegen het lijf. 's Avonds eten we een heerlijk 3-gangenmenu voor elf euro (inclusief een biertje en een glas wijn). Moe maar voldaan duiken we onze tent in. Maandag 17 september. We starten rustig op vandaag in de hoop dat het outdoor winkeltje zo al open zal zijn. Na het ontbijt is deze echter nog steeds gesloten en om 09.30 uur gaan we dan toch op pad. De tarwevelden worden vandaag afgewisseld met veel groen vanwege de vele watertjes die ons pad kruisen. We zien veel vlinders en vogels en het landschap is hier minder kaal dan we hadden verwacht. De voorspelde hitte valt ons mee. Wat opvalt is dat er al dagenlang geen vee te zien valt, wel overal enorme stapels strobalen. De vele vliegen die hier actief zijn blijken erg hardnekkig en irritant. Halverwege de middag bereiken we Terradios. De twee herbergen zijn al vol en veel pelgrims worden doorgestuurd naar het volgende dorp. Zij hebben de beddenrace niet gewonnen..... Wij zetten de tent neer op een veldje. Bij de herberg douchen we en wassen er onze kleren. We krijgen gezelschap van Joe uit Portugal (Joseph van de Camino) en zijn Spaanse vrouw Lolly. Zij leiden al vier jaar een trekkend  bestaan en zijn een begrip op de diverse camino's. Joe laat ons trots zijn vele pelgrimspassen zien met alle stempels erin die hij de afgelopen 25.000 km heeft verzameld. Hij geeft ons een kralenketting en armband cadeau, die hij normaal verkoopt. We nemen een kijkje bij de andere splinternieuwe herberg waar we Bob en Shevaun uit Canada weer zien. We kennen hen nog van de camping in Najera. Ze leiden ons rond en we staan samen een tijdje bij de ezels, die er in een weide staan, te praten. Als het donker wordt, drinken we nog wat en gaan daarna naar bed. Dinsdag 18 september. Als we in het donker de tent opbreken begint het te spetteren. Van het ontbijt, dat we buiten met Joe en Lolly zouden hebben, komt niet veel. We eten een broodje in de herberg. Joe neemt er een glaasje cognac. Dat doet hij namelijk elke dag :-) We lopen met Bob en Shevaun naar het stadje Sahagun. Het regent niet meer. Onderweg zien we wilde bloemen en zonnebloemvelden. Gisteren hoorden we waarom deze nog steeds, helemaal verwelkt, op de velden staan. Ze worden, met subsidie, geteeld voor de olieproduktie. Maar door de crisis krijgen de boeren hier maar weinig geld voor. Voor hen is het duurder om de bloemen te verwerken dan ze te laten staan. Na Sahagun lopen we verder met de andere pelgrims, waar we vaker mee optrekken, en vinden in El Burgo Ranero een kamer voor ons zevenen die we met een Frans echtpaar moeten delen. We drinken samen met de lokale bevolking wat in een barretje als het heel hard begint te regenen. Het is een gezellige avond. De fransman houdt ons 's nachts wakker met zijn gesnurk....... Woensdag 19 september. We lopen in het zachte ochtendlicht door een landschap dat wordt begrensd door een bergrug in het noorden. Het is net of we in een prachtig schilderij lopen, werkelijk adembenemend mooi is het. Alweer is het heerlijk weer, we treffen het nog steeds enorm. In het dorpje waar we lunchen vertelt Shevaun ons dat er volgens haar boekje hier ook ergens een camping moet zijn. Even verderop zien we de borden die inderdaad verwijzen naar een camping. Wij volgen deze, de anderen lopen door. We vinden de camping. Deze is echter verlaten en er zit een groot kettingslot op het hek. Als we weer teruglopen zien we een lief hondje achter een hek. Ook hij lijkt eenzaam en verlaten en is erg blij als hij ons ziet. Kwispelend eet hij het brood dat we hem voeren. Gelukkig ziet hij er verder wel goed uit. We lopen langs een hele drukke weg naar Puente Villarente. Vlak voor het dorp is een lange brug die maar weinig ruimte biedt voor voetgangers die er bovendien erg moeten oppassen voor het voorbijrazende verkeer. In het dorp vinden we een hele leuke herberg met een mooie tuin. We krijgen er een bed toegewezen. Dan zien we ook Jan ineens weer. Hij slaapt ook hier, de anderen zijn doorgelopen. We genieten de rest van de dag van de rust die hier heerst en samen met Jan besluiten we de avond met een lekkere maaltijd. Jeanine bemerkt dat haar bed grenst aan dat van de snurkende fransman van gisterenavond. Ze pakt onze spullen op en legt ze in een kamer waar op dat moment alleen een Spaanse pelgrim huist, die gelukkig niet blijkt te snurken. Donderdag 20 september. Het is nog maar 12 km lopen naar Leon, onze eindbestemming voor deze dag. Het zijn helaas kilometers langs de drukke weg. Rond 10.30 uur treffen we Marlique, Claire en Anna bij de kathedraal. Zij nemen ons mee naar de Residentia Universitaria, waar vanaf volgende week weer studenten 'wonen', maar wij nu een twee-persoons kamertje boeken. We hebben we hele middag vrij om de stad te bekijken, te luieren en ons blog bij te werken. Vanavond gaan we met z'n allen eten in een leuk tentje, dat ons door de eigenaar van de sportwinkel alhier werd aangeraden.



zaterdag 15 september 2012

Najera - Santo Domingo de la Calzada - Granon - San Juan de Ortega - Burgos - San Bol - Castrojeriz

Dinsdag 11 september. Na een ontbijt in het sanitairgebouw (daar was verlichting), vertrekken we en lopen we langs twee Canadezen die op de grond in het gras liggen te slapen. Voor hen was er geen plek meer in de herberg. We lopen langs rode bergen en voornamelijk tussen de wijngaarden. Het is minder warm dan gisteren en er staat een lekker windje, dat maakt het aangenaam. Na 21 km komen we aan in Santo Domingo de la Calzada. We lopen de herberg bij de abdij binnen en treffen daar Cindy uit Canada. Zij adviseert ons door te lopen naar Granon, vanwege de leuke herberg aldaar. Samen met haar lunchen we en brengen daarna een bezoek aan de kerk. In de kerk zien we de kip en de haan in hun eeuwenoude hok, naar de legende van de jongen die hier tijdens de pelgrimstocht die hij met zijn ouders maakte werd opgehangen (google maar eens voor het volledige verhaal). Om 16.30 uur komen we aan in Granon. De herberg is vol, maar we mogen onze tent om de hoek neerzetten en gebruik maken van de douche, etc. We beklimmen de klokkentoren waarin heel veel duiven zijn gehuisvest en die een prachtig uitzicht biedt.We gaan naar de kerkdienst en eten samen met 50 andere pelgrims de maaltijd die we gezamenlijk hebben bereid. We kopen nog wat brood en koekjes bij het bakkertje die tot 22.00 uur open is en duiken onze tent in. Woensdag 12 september. Om 7.00 uur ontbijten we in de herberg. We zijn alleen, want de anderen zijn allemaal al vertrokken. Bijna alle pelgrims gaan dagelijks vroeg op pad om zo in een volgende pleisterplaats als eerste een bed te kunnen bemachtigen. De beddenrace noemen we dat. Wij hebben daar niet zo'n last van en doen het dan ook rustig aan ;-) Het is vandaag bewolkt en heerlijk koel. We lopen door graanvelden en soms langs uitgebloeide zonnebloemen. We drinken koffie in een dorp met veel platanen, die zie je hier ook overal. We komen onderweg twee ezels tegen met een jong. We geven ze ons oude brood. Halverwege de middag besluiten we om verder te lopen dan we hadden gepland en we doorkruisen de Montes de Oca. Drie pittige bergen en Robin moet regelmatig worden bijgevoerd, want na 35 km raakt hij behoorlijk uitgeput. Om 18.00 uur en na 40 km bereiken we het gehucht San Juan de Ortega. Daar zien we als eerste Pieter Jan weer en even later komt ook Jan uit de kerk aangesneld, omdat hij onze stemmen hoort. Marlique zien we na de mis ook weer. We vinden nog een plekje in de verwaarloosde herberg. Als we om 01.30 uur weer wakker worden van de stank, de warmte en het gesnurk, pakken we onze matjes en slaapzakken en verhuizen we naar het balkon. Daar is het heerlijk koel en met het voelen van de mist in onze gezichten vallen we in slaap. Donderdag 13 september. Om 7.00 uur lopen we in het pikkedonker over een bospad. We zien de schimmen van paarden en koeien naast ons, erg mooi. Het is fris vandaag en het lopen gaat hierdoor juist goed, we hebben de vaart erin. We krijgen vandaag zelfs een kleine regenbui over ons heen. De jassen en regenhoezen voor de rugzakken kunnen we eindelijk gebruiken :-) Bij een barretje voert Jeanine een magere hond nog wat restjes van de lunch (van andere pelgrims). Om 12.30 uur lopen we het terrein van de camping net voor Burgos op. We kiezen ervoor om in het grote 20-persoons chalet te slapen dat wordt gebruikt als herberg, dus we laten de tent ingepakt. We zijn de eersten, maar zullen we ook de enigen zijn? Het weer klaart aangenaam op en aan het einde van de middag nemen we de bus naar Burgos en bezoeken we de kathedraal. We hebben nog nooit zo'n mooie en grote kerk gezien, wat een schitterende ervaring. Daarna doen we nog wat boodschappen en hebben nog een afscheidsetentje van Pieter Jan. Zijn camino zit er nu even op, volgend jaar gaat hij weer verder. Daarna nog een borrel in de kroeg en dan naar bed. Bij terugkeer op de camping blijkt het hele chalet vol te liggen met pelgrims, wij zijn dus niet de enigen. Vrijdag 14 september. We vertrekken om 8.00 uur van de camping en ontbijten in de stad. Niet zomaar een ontbijt, maar heerlijke capuchino en huisgemaakte taart in een chocolateria. We kijken nog wat rond in Burgos, het is echt een prachtige stad, en volgen dan de gele pijlen van de camino weer. Het is nog best koud, de lucht is onbewolkt en helblauw. We lopen door verschillende dorpen en bereiken de meseta, een hoogvlakte tussen Burgos en Leon, die we de komende week moeten trotseren. We kunnen eindeloos ver van ons af kijken en afgezien van een enkele boom, is er hier maar weinig dat enige vorm van schaduw biedt. Er lijkt alleen graan te groeien hier en het wordt erg warm. De kleine herberg in San Bol is vol en kamperen mogen we er niet. Het is wel een prachtige plek, net een oase met een bron in de woestijn. We vullen al onze waterflessen en lopen een paar kilometer door. Daar vinden we een geschikte plek op de hoogvlakte om te overnachten. Achter een hoop stenen en een een paar struiken nestelen we ons. Het blijkt een goede keuze. Nadat de ergste hitte voorbij is, komen we uit de schaduw, eten we wat en zetten de tent op. We wassen ons met water uit de flessen, drinken nog een kop thee, genieten van een schitterende zonsondergang en gaan dan om 21.00 uur naar bed. Zaterdag 15 september. Als we wakker worden zien we al veel pelgrims over het pad in de verte lopen. Het is 8.00 uur en lekker koud. Na een half uur zien we een klein dorp in een dal waar we koffie drinken en wat eten. We vervolgen onze route langs een riviertje en het wordt al weer aardig warm. We kijken even rond bij de het oude klooster van San Anton, dat nu in gebruik is als herberg, en lopen dan door. Natuurlijk komen we ook de Schot Kevin weer tegen, hij lijkt hetzelfde ritme als wij te hebben. Even verderop ligt het stadje Castrojeriz, met een groot fort bovenop de berg en 4 kerken. De mooie en groene camping biedt ons een overnachtingsplaats. Na alle handwasjes van de afgelopen tijd doen we die nu eens in de machine. De rest van de middag doen we helemaal niets. We luieren wat op onze slaapmatten, want het is erg heet. Vanavond bezoeken we het stadje en zullen er ons avondeten en ontbijt kopen.